Traduction de «22 februari 2010 opnieuw » (Néerlandais → Allemand) :

Uittreksel uit arrest nr. 114/2016 van 22 september 2016 Rolnummers : 6170 In zake : de prejudiciële vraag betreffende artikel 1022 van het Gerechtelijk Wetboek, zoals van kracht vóór de wijziging ervan bij de wet van 21 februari 2010, gesteld door het Hof van Beroep te Bergen.
Auszug aus dem Entscheid Nr. 114/2016 vom 22. September 2016 Geschäftsverzeichnisnummer 6170 In Sachen: Vorabentscheidungsfrage in Bezug auf Artikel 1022 des Gerichtsgesetzbuches in der vor seiner Abänderung durch das Gesetz vom 21. Februar 2010 geltenden Fassung, gestellt vom Appellationshof Mons.

E. overwegende dat de Commissie in 2008 een mededeling heeft doen uitgaan over de verschillende houderijsystemen voor legkippen, in het bijzonder die welke onder Richtlijn 1999/74/EG van de Raad vallen, waarin zij bevestigde dat het besluit tot uitfasering van legbatterijen tot uiterlijk 1 januari 2012 verantwoord was en dat de richtlijn niet hoeft te worden gewijzigd; overwegende dat de Commissie dit standpunt op de zitting van de Raad (Landbouw) van 22 februari 2010 opnieuw heeft bevestigd,
E. in der Erwägung, dass die Kommission 2008 eine Mitteilung über die verschiedenen Systeme der Haltung von Legehennen, insbesondere gemäß der Richtlinie 1999/74/EG des Rates, verabschiedet hat, in der bestätigt wird, dass die Entscheidung über das Auslaufen der Verwendung von nicht ausgestalteten Käfigen mit dem 1. Januar 2012 gerechtfertigt war und keine Änderung der Richtlinie erforderlich ist; in der Erwägung, dass die Kommission diese Haltung auf der Tagung des Rates „Landwirtschaft“ am 22. Februar 2010 bestätigt hat,

B. overwegende dat de Commissie in 2008 een mededeling heeft doen uitgaan over de verschillende houderijsystemen voor legkippen, in het bijzonder die welke onder Richtlijn 1999/74/EG van de Raad vallen, waarin zij bevestigde dat het besluit tot uitfasering van legbatterijen tegen 1 januari 2012 verantwoord is en dat de richtlijn niet hoeft te worden gewijzigd; voorts overwegende dat de Commissie dit standpunt op de zitting van de Landbouwraad van 22 februari 2010 opnieuw heeft bevestigd;
B. in der Erwägung, dass die Kommission in ihrer Mitteilung vom 8. Januar 2008 über die verschiedenen Systeme der Haltung von Legehennen, insbesondere gemäß der Richtlinie 1999/74/EG, (KOM/2008/0865) bestätigt hat, dass der schrittweise Ausstieg aus der Käfigbatteriehaltung bis zum 1. Januar 2012 gerechtfertigt und keine Änderung der Richtlinie 1999/74/EG notwendig ist, und diesen Standpunkt am 22. Februar 2010 auf der Tagung des Agrarministerrates bekräftigt hat,

E. overwegende dat de Commissie in 2008 een mededeling heeft doen uitgaan over de verschillende houderijsystemen voor legkippen, in het bijzonder die welke onder Richtlijn 1999/74/EG van de Raad vallen, waarin zij bevestigde dat het besluit tot uitfasering van legbatterijen tot uiterlijk 1 januari 2012 verantwoord was en dat de richtlijn niet hoeft te worden gewijzigd; overwegende dat de Commissie dit standpunt op de zitting van de Raad (Landbouw) van 22 februari 2010 opnieuw heeft bevestigd;
E. in der Erwägung, dass die Kommission 2008 eine Mitteilung über die verschiedenen Systeme der Haltung von Legehennen, insbesondere gemäß der Richtlinie 1999/74/EG verabschiedet hat, in der bestätigt wird, dass die Entscheidung über das Auslaufen der Verwendung von nicht ausgestalteten Käfigen mit dem 1. Januar 2012 gerechtfertigt war und keine Änderung der Richtlinie erforderlich ist; in der Erwägung, dass die Kommission diese Haltung auf der Tagung des Rates „Landwirtschaft“ am 22. Februar 2010 bestätigt hat,

17 MAART 2016. - Besluit van de Regering tot wijziging van het besluit van de Regering van 24 oktober 2013 tot vaststelling van het model van de beoordelingsstaat en van het evaluatieverslag voor verscheidene personeelscategorieën in het onderwijs De Regering van de Duitstalige Gemeenschap, Gelet op het koninklijk besluit van 22 maart 1969 tot vaststelling van het statuut van de leden van het bestuurs- en onderwijzend personeel, van het opvoedend hulppersoneel, van het paramedisch en psychosociaal personeel der inrichtingen voor kleuter-, lager, gespecialiseerd, middelbaar, technisch, kunst- en normaalonderwijs van de Staat alsmede der internaten die van deze inrichtingen afhangen en van de leden van de inspectiedienst die belast is met het toezicht op deze inrichtingen, artikel 24, § 2, derde lid, en artikel 66, § 2, derde lid, vervangen bij het decreet van 28 juni 2010; Gelet op het decreet van 14 december 1998 houdende het statuut van de gesubsidieerde personeelsleden van het gesubsidieerd vrij onderwijs en van het gesubsidieerd vrij PMS-Centrum, artikel 39bis, § 2, vierde lid, en artikel 69.14, § 2, vierde lid, ingevoegd bij het decreet van 26 juni 2006 en vervangen bij het decreet van 28 juni 2010; Gelet op het decreet van 29 maart 2004 houdende het statuut van de gesubsidieerde personeelsleden van het gesubsidieerd officieel onderwijs en van de gesubsidieerde officiële psycho-medisch-sociale centra, artikel 28, § 2, vierde lid, en artikel 65, § 2, vierde lid, vervangen bij het decreet van 28 juni 2010; Gelet op het decreet van 27 juni 2005 houdende oprichting van een autonome hogeschool, artikel 5.22, § 2, zesde lid, en artikel 5.39, § 2, vierde lid, vervangen bij het decreet van 28 juni 2010; Gelet op het decreet van 31 maart 2014 betreffende het centrum voor de gezonde ontwikkeling van kinderen en jongeren, artikel 6.23, § 3, tweede lid, en artikel 6.43, § 3, tweede lid; Gelet op het besluit van de Regering van 24 oktober 2013 tot vaststelling van het ...
17. MÄRZ 2016 - Erlaß der Regierung zur Abänderung des Erlasses der Regierung vom 24. Oktober 2013 zur Festlegung der Muster der Beurteilungs- und Bewertungsberichte für verschiedene Personalkategorien im Unterrichtswesen Die Regierung der Deutschsprachigen Gemeinschaft, Aufgrund des Königlichen Erlasses vom 22. März 1969 zur Festlegung des Statuts der Mitglieder des Direktions- und Lehrpersonals, des Erziehungshilfspersonals, des paramedizinischen und sozialpsychologischen Personals der staatlichen Einrichtungen für Vor-, Primar-, Förder-, Mittel-, Technischen, Kunst- und Normalschulunterricht und der von diesen Einrichtungen abhängenden Internate sowie der Personalmitglieder des mit der Aufsicht über diese Einrichtungen beauftragten Inspektionsdienstes, Artikel 24 § 2 Absatz 3 und 66 § 2 Absatz 3, ersetzt durch das Dekret vom 28. Juni 2010; Aufgrund des Dekrets vom 14. Dezember 1998 zur Festlegung des Statuts der subventionierten Personalmitglieder des freien subventionierten Unterrichtswesens und des freien subventionierten Psycho-Medizinisch-Sozialen Zentrums, Artikel 39bis § 2 Absatz 4 und 69.14 § 2 Absatz 4, eingefügt durch das Dekret vom 26. Juni 2006 und ersetzt durch das Dekret vom 28. Juni 2010; Aufgrund des Dekrets vom 29. März 2004 zur Festlegung des Statuts der subventionierten Personalmitglieder des offiziellen subventionierten Unterrichtswesens und der offiziellen subventionierten Psycho-Medizinisch-Sozialen Zentren, Artikel 28 § 2 Absatz 4 und 65 § 2 Absatz 4, ersetzt durch das Dekret vom 28. Juni 2010; Aufgrund des Dekrets vom 27. Juni 2005 zur Schaffung einer autonomen Hochschule, Artikel 5.22 § 2 Absatz 6 und 5.39 § 2 Absatz 4, ersetzt durch das Dekret vom 28. Juni 2010; Aufgrund des Dekrets vom 31. März 2014 über das Zentrum für die gesunde Entwicklung von Kindern und Jugendlichen, Artikel 6.23 § 3 Absatz 2 und 6.43 § 3 Absatz 2; Aufgrund des Erlasses der Regierung vom 24. Oktober 2013 zur Festlegung der Muster der Beurteilungs- ...

De Commissie heeft op 19 juni 2009, 11 december 2009 en 22 april 2010 om nadere inlichtingen van de Griekse autoriteiten verzocht, waarop Griekenland en Ellinikos Xrysos hebben gereageerd bij schrijven van 23 juli 2009, 29 juli 2009, 15 januari 2010, 11 februari 2010, 12 februari 2010, 4 mei 2010 en 27 mei 2010.
Am 19. Juni 2009, 11. Dezember 2009 und 22. April 2010 verlangte die Kommission von den griechischen Behörden weitere Auskünfte, die Griechenland und Ellinikos Chrysos mit Schreiben vom 23. Juli 2009, 29. Juli 2009, 15. Januar 2010, 11. Februar 2010, 12. Februar 2010, 4. Mai 2010 und 27. Mai 2010 übermittelten.

gezien de conclusies van de Raad Buitenlandse Zaken van 22 februari 2010 over Zimbabwe, en de conclusies van de tiende politieke dialoog EU-Zuid-Afrika op ministerieel niveau van 11 mei 2010 over Zimbabwe,
in Kenntnis der Schlussfolgerungen des Rates „Auswärtige Angelegenheiten“ vom 22. Februar 2010 zu Simbabwe sowie auf die Schlussfolgerungen des 10. Ministeriellen Politischen Dialogs zwischen der EU und Südafrika vom 11. Mai 2010 zu Simbabwe,

Na goedkeuring door de Raad op 22 februari 2010,
nach Genehmigung des Rates vom 22. Februar 2010 —