Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com
EG-beroepskwalificatie
EG-verblijfsvergunning van langdurig ingezetene
EG-verklaring van overeenstemming
S36-37-39
S36-39
S363739
S3639
S37-39
S3739

Vertaling van "39 eg " (Nederlands → Duits) :

TERMINOLOGIE


EG-verklaring van overeenstemming

EG-Konformitätserklärung


EG-verblijfsvergunning van langdurig ingezetene

langfristige Aufenthaltsberechtigung-EG


draag geschikte handschoenen en een beschermingsmiddel voor de ogen / het gezicht | S37/39 | S3739 | S37-39

bei der Arbeit geeignete Schutzhandschuhe und Schutzbrille/Gesichtsschutz tragen | S37/39


draag geschikte beschermende kleding en een beschermingsmiddel voor de ogen / het gezicht | S36/39 | S3639 | S36-39

bei der Arbeit geeignete Schutzkleidung und Schutzbrille/Gesichtsschutz tragen | S36/39


draag geschikte beschermende kleding, handschoenen en een beschermingsmiddel voor de ogen / het gezicht | S36/37/39 | S363739 | S36-37-39

bei der Arbeit geeignete Schutzkleidung,Schutzhandschuhe und Schutzbrille/Gesichtsschutz tragen | S36/37/39
IN-CONTEXT TRANSLATIONS
Het Hof onderzoekt de middelen in de onderstaande volgorde : Ten aanzien van de ontvankelijkheid (B.2-B.7) : - Wat de bevoegdheid van het Hof betreft (B.3-B.5); - Wat de uiteenzetting van de middelen en de grieven betreft (B.6-B.7); Ten gronde (B.8-B.63) : - Wat het hoorrecht betreft (zaak nr. 6187) (B.8-B.24) : 1. Het hoorrecht in eerste en laatste administratieve aanleg (B.11-B.19); a) De artikelen 10 en 11 van de Grondwet (B.13-B.14); b) Artikel 23 van de Grondwet, al dan niet in samenhang gelezen met de artikelen 3 en 9 van het Verdrag van Aarhus (B.15-B.19); 2. De opheffing van hoofdstuk VII (artikelen 4.7.1 tot 4.7.26/1) van de VCRO (artikel 336 van het Omgevingsvergunningsdecreet) en van het Milieuvergunningsdecreet (artikel 386 ...[+++]

Der Gerichtshof prüft die Klagegründe in der nachstehenden Reihenfolge: In Bezug auf die Zulässigkeit (B.2-B.7): - In Bezug auf die Zuständigkeit des Gerichtshofes (B.3-B.5); - In Bezug auf die Darlegung der Klage- und Beschwerdegründe (B.6-B.7); Zur Hauptsache (B.8-B.63): - In Bezug auf das Anhörungsrecht (Rechtssache Nr. 6187) (B.8-B.24): 1. Das Anhörungsrecht in erster und letzter Verwaltungsinstanz (B.11-B.19); a) Die Artikel 10 und 11 der Verfassung (B.13-B.14); b) Artikel 23 der Verfassung, gegebenenfalls in Verbindung mit den Artikeln 3 und 9 des Aarhus-Übereinkommens (B.15-B.19); 2. Die Aufhebung von Kapitel VII (Artikel 4.7.1 bis 4.7.26/1) des Flämischen Raumordnungskodex (Artikel 336 des Dekrets über die Umgebungsgenehmigung) ...[+++]


Volgens het Hof van Justitie van de Europese Unie, « [zijn] de artikelen 1 tot en met 8 van [de] richtlijn [2003/88/EG] in wezen gelijkluidend [...] aan de artikelen 1 tot en met 8 van richtlijn 93/104/EG van de Raad van 23 november 1993 betreffende een aantal aspecten van de organisatie van de arbeidstijd (PB L 307, blz. 18), zoals gewijzigd bij richtlijn 2000/34/EG van het Europees Parlement en de Raad van 22 juni 2000 (PB L 195, blz. 41), zodat de uitlegging die het Hof aan laatstgenoemde artikelen heeft gegeven, onverkort geldt voor de eerstgenoemde artikelen van richtlijn 2003/88 » (HvJ, 25 november 2010, C-429/09, Fuß, punt 32; beschikking, 4 maart 2011, C-258/10, Grigore, punt 39; 10 september 2015, C-266/14, Federación de Servicio ...[+++]

Der Gerichtshof der Europäischen Union hat geurteilt, « dass auf die Art. 1 bis 8 der Richtlinie 2003/88, die im Wesentlichen mit den Art. 1 bis 8 der Richtlinie 93/104/EG des Rates vom 23. November 1993 über bestimmte Aspekte der Arbeitszeitgestaltung (ABl. L 307, S. 18) in der Fassung der Richtlinie 2000/34/EG des Europäischen Parlaments und des Rates vom 22. Juni 2000 (ABl. L 195, S. 41) übereinstimmen, die Auslegung dieser letztgenannten Artikel durch den Gerichtshof in vollem Umfang übertragbar ist » (EuGH, 25. November 2010, C-429/09, Fuß, Randnr. 32; Beschluss, 4. März 2011, C-258/10, Grigore, Randnr. 39; 10. September 2015, C-266/14, Federación de Servicios Privados del sindicato Comisiones obreras (CC.OO.), Randnr. 22).


Indien de stroomgebiedoverheid voor een specifieke stof voldoende, vergelijkbare, representatieve en recente uit bestaande monitoringprogramma's of -studies verkregen monitoringgegevens verstrekt, kan ze besluiten voor die stof geen aanvullende monitoring die overeenkomstig dit besluit voor die stof voorzien is, uit te voeren, mits ook die stof werd gemonitord volgens een methode die voldoet aan de vereisten van de technische richtsnoeren die door de Europese Commissie overeenkomstig artikel 8 ter, § 5, van Richtlijn 2013/39/ EU van het Europees Parlement en van de Raad van 12 augustus 2013 tot wijziging van Richtlijn 2000/60/EG en Richtlijn 2008/105/EG wat betreft prioritaire stoffen op het gebied van het waterbeleid zijn ontwikkeld.

Legt die Einzugsgebietsbehörde in Bezug auf einen bestimmten Stoff ausreichende, vergleichbare, repräsentative und aktuelle Überwachungsdaten aus bestehenden Überwachungsprogrammen oder Studien vor, so kann sie beschließen, keine in Anwendung vorliegenden Artikels vorgesehene zusätzliche Überwachung dieses Stoffes im Rahmen des Systems der Beobachtungslisten durchzuführen, unter der Voraussetzung, dass der Stoff außerdem mittels einer Methode überwacht wurde, die den Anforderungen der von der Kommission gemäß Artikel 8b § 5 der Richtlinie 2013/39/EU des Europäischen Parlaments und des Rates vom 12. August 2013 zur Änderung der Richtlinien 2000/60/EG und 2008/105/EG in Bezug auf prioritäre Stoffe im Bereich der Wasserpolitik erarbeiteten te ...[+++]


§ 1. De stroomgebiedoverheid monitoort elke stof opgenomen in de door de Europese Commissie krachtens Richtlijn 2013/39/ EU van het Europees Parlement en van de Raad van 12 augustus 2013 tot wijziging van Richtlijn 2000/60/EG en Richtlijn 2008/105/EG wat betreft prioritaire stoffen op het gebied van het waterbeleid vastgestelde aandachtstoffenlijst op geselecteerde representatieve meetstations gedurende ten minste twaalf maanden.

R.95-7 - § 1. Die Einzugsgebietsbehörde überwacht jeden Stoff, der in den Beobachtungslisten angegeben wird, die von der Europäischen Kommission in Anwendung der Richtlinie 2013/39/EU des Europäischen Parlaments und des Rates zur Änderung der Richtlinien 2000/60/EG und 2008/105/EG in Bezug auf prioritäre Stoffe im Bereich der Wasserpolitik erstellt werden, indem sie während eines Zeitraums von mindestens zwölf Monaten Kontrollen in zwei repräsentativen Überwachungsstellen vornimmt.


For more results, go to https://pro.wordscope.com to translate your documents with Wordscope Pro!
Het tweede middel is afgeleid uit de schending van de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, al dan niet in samenhang gelezen met de artikelen 35 en 37 van de richtlijn 2009/72/EG, met de artikelen 39 en 41 van de richtlijn 2009/73/EG, met artikel 14 van de verordening (EG) nr. 714/2009 en met artikel 13 van de verordening (EG) nr. 715/2009.

Der zweite Klagegrund ist abgeleitet aus einem Verstoß gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, gegebenenfalls in Verbindung mit den Artikeln 35 und 37 der Richtlinie 2009/72/EG, mit den Artikeln 39 und 41 der Richtlinie 2009/73/EG, mit Artikel 14 der Verordnung (EG) Nr. 714/2009 und mit Artikel 13 der Verordnung (EG) Nr. 715/2009.


Zoals de afdeling wetgeving van de Raad van State heeft opgemerkt, gaat het « met andere woorden om allerhande actoren uit de energiesector en het middenveld die uitdrukkelijk niet over de vereiste onafhankelijkheid beschikken om deel uit maken van de regulerende instantie volgens artikel 35, lid 4, b), i), van richtlijn 2009/72/EG (en de parallelle bepaling van artikel 39, lid 4, b), i), van richtlijn 2009/73/EG) » (Parl. St., Kamer, 2010-2011, DOC 53-1725/001, pp. 312-313).

Wie die Gesetzgebungsabteilung des Staatsrates bemerkt hat, handelt es sich « mit anderen Worten um verschiedene Mitwirkende des Energiesektors und der Zivilgesellschaft, die offensichtlich nicht die erforderliche Unabhängigkeit aufweisen, um der Regulierungsbehörde anzugehören gemäß Artikel 35 Absatz 4 Buchstabe b Ziffer i der Richtlinie 2009/72/EG (und der parallelen Bestimmung von Artikel 39 Absatz 4 Buchstabe b Ziffer i der Richtlinie 2009/73/EG) » (Parl. Dok., Kammer, 2010-2011, DOC 53-1725/001, SS. 312-313).


Deze paragraaf is niet van toepassing op informatie betreffende de financiële instrumenten die vallen onder richtlijn 2004/39/EG van het Europees Parlement en de Raad van 21 april 2004 betreffende markten voor financiële instrumenten, tot wijziging van de richtlijnen 85/611/EEG en 93/6/EEG van de Raad en van richtlijn 2000/12/EG van het Europees Parlement en de Raad en houdende intrekking van richtlijn 93/22/EEG van de Raad, zoals deze is omgezet in Belgisch recht.

Dieser Paragraph gilt nicht für die Informationen bezüglich der Finanzinstrumente, die der Richtlinie 2004/39/EG des Europäischen Parlaments und des Rates vom 21. April 2004 über Märkte für Finanzinstrumente, zur Änderung der Richtlinien 85/611/EWG und 93/6/EWG des Rates und der Richtlinie 2000/12/EG des Europäischen Parlaments und des Rates und zur Aufhebung der Richtlinie 93/22/EWG des Rates unterliegen, die in belgisches Recht umgesetzt worden ist.


Richtlijn 2004/39/EG, als gewijzigd bij de in deel A van bijlage II bis vermelde handelingen, wordt ingetrokken met ingang van [.] **, onverminderd de verplichtingen van de lidstaten met betrekking tot de in deel B daarvan genoemde termijnen voor omzetting in nationaal recht van Richtlijn 2004/39/EG .

Die Richtlinie 2004/39/EG in der Fassung der in Anhang IIa Teil A aufgeführten Rechtsakte wird unbeschadet der Verpflichtungen der Mitgliedstaaten zur Einhaltung der in dessen Teil B aufgeführten Fristen für die Umsetzung der Richtlinie 2004/39/EG in es Recht mit Wirkung vom [.] ** aufgehoben.


39. spoort de Raad ertoe aan met een standpunt te komen inzake heffingen voor de beveiliging van de luchtvaart en is van mening dat strengere veiligheidsmaatregelen betaald moeten worden uit de algemene belastingmiddelen van de betrokken lidstaat, aangezien de beveiliging van de luchtvaart een zaak van nationale veiligheid is; onderstreept dat soortgelijke regels moeten gelden voor alle andere takken van vervoer, teneinde eerlijke concurrentie te waarborgen;

39. fordert den Rat auf, einen Standpunkt zu den Luftsicherheitsentgelten anzunehmen, und ist der Ansicht, dass striktere Sicherheitsmaßnahmen aus der allgemeinen Besteuerung durch die betreffenden Mitgliedstaaten bezahlt werden sollten, da die Flugsicherheit ein Aspekt der nationalen Sicherheit ist; betont, dass ähnliche Vorschriften für alle anderen Verkehrsmittel gelten sollten, um einen fairen Wettbewerb zu gewährleisten;


(i) personen of entiteiten die overeenkomstig bijlage II bij Richtlijn 2004/39/EG als professionele cliënten worden beschouwd of op verzoek als professionele cliënten worden behandeld, of die overeenkomstig artikel 24 van Richtlijn 2004/39/EG als in aanmerking komende tegenpartijen worden erkend.

(i) Natürliche oder juristische Personen, die als professionelle Kunden im Sinne von Anhang II der Richtlinie 2004/39/EG angesehen oder auf Antrag als solche behandelt werden, oder die gemäß Artikel 24 der Richtlinie 2004/39/EG als geeignete Gegenparteien anerkannt sind.




Anderen hebben gezocht naar : eg-verklaring van overeenstemming     s36-37-39     s36-39     s36 37 39     s36 39     s363739     s37-39     s37 39     39 eg     


datacenter (28): www.wordscope.be (v4.0.br)

'39 eg' ->

Date index: 2024-05-18
w