2. Elke lidstaat mag voor de activiteiten van de instanties en instellingen uit hoofde van lid 1 een coördinator benoemen in de bij artikel 9, lid 2, van Richtlijn 89/48/EEG ingestelde Coördinatiegroep.
(2) Jeder Mitgliedstaat kann einen Koordinator für die Tätigkeiten der in Absatz 1 genannten Behörden und Stellen für die gemäß Artikel 9 Absatz 2 der Richtlinie 89/48/EWG eingesetzte Koordinierungsgruppe benennen.