Uit de uiteenzetting van het middel blijkt dat het Hof wordt verzocht uitspraak te doen over de bestaanbaarheid, met artikel 143, § 1, van de Grondwet, van artikel 180, 1°, van het WIB 199
2, hersteld bij het bestreden artikel 86, 1°, van de programmawet van 10 augustus 2015, en van artikel 26 van de wet van 19 december 2014, vervangen bij het bestreden artikel 92 van de programmawet van 10 augustus 2015, in zoverre die bepalingen de uitoefening, door het Vlaamse Gewest, van zijn bevoegdheid in de bij artikel 6, § 1, VIII, eerste lid, 8°, van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen toegewezen aangelegenheid o
...[+++]verdreven moeilijk zouden maken omdat zij het Vlaamse Gewest zouden beletten de intergemeentelijke samenwerking nog op dezelfde wijze te bevorderen en een weerslag op zijn begroting zouden hebben.Aus den Darlegungen des Klagegrunds geht hervor, dass der Gerichtshof gebeten wird, über die Vereinbarkeit des durc
h den angefochtenen Artikel 86 Nr. 1 des Programmgesetzes vom 10. August 2015 wieder aufgenommenen Artikel 180 Nr. 1 des EStGB 1992 und des durch den angefochtenen Artikel 92 des Programmgesetzes vom 10. August 2015 ersetzten Artikels 26 des Gesetzes vom 19. Dezember 2014 mit Artikel 143 §
1 der Verfassung zu befinden, insofern diese Bestimmungen es der Flämischen Region übermäßig erschwerten, ihre Zuständigkeit in der
...[+++] Angelegenheit auszuüben, die ihr durch Artikel 6 § 1 VIII Absatz 1 Nr. 8 des Sondergesetzes vom 8. August 1980 zur Reform der Institutionen übertragen worden sei, weil die Flämische Region dadurch daran gehindert werde, weiterhin auf die gleiche Weise die interkommunale Zusammenarbeit zu fördern, und sie sich auf ihren Haushalt auswirkten.