De regering krijgt ook bevoegdheden over de autoriteit voor gegevensbescherming die in strijd zijn met de EU-Verdragen, op grond waarvan de nationale autoriteiten voor gegevensbescherming (artikel 16 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie/VWEU, artikel 8, lid 3, van het Handvest van de grondrechten) en de nationale centrale bank (artikelen 130 en 127 VWEU, artikel 14 van de Statuten van het Europees Stelsel van Centrale Banken en van de Europese Centrale Bank) onafhankelijk dienen te zijn.
Ferner erhält die Regierung Befugnisse über die Datenschutzbehörde, die einen Verstoß gegen die EU-Verträge darstellen, denen zufolge die nationalen Datenschutzbehörden (Artikel 16 des Vertrags über die Arbeitsweise der Europäischen Union/AEUV, Artikel 8 Absatz 3 der Charta der Grundrechte) und die nationale Zentralbank (Artikel 130 und 127 AEUV, Artikel 14 des Statuts des Europäischen Systems der Zentralbanken und der Europäischen Zentralbank) unabhängig sein müssen.