Traduction de «Hopbellen » (Néerlandais → Allemand) :

TERMINOLOGIE

hopbellen en lupuline
Blütenzapfen und Hopfenmehl

hopbellen
Hopfen

TRADUCTIONS EN CONTEXTE

Hopbellen, vers of gedroogd, ook indien fijngemaakt, gemalen of in pellets; lupuline
Hopfen (Blütenzapfen), frisch oder getrocknet, auch gemahlen, sonst zerkleinert oder in Form von Pellets; Lupulin

Hopbellen, vers of gedroogd, ook indien fijngemaakt, gemalen of in pellets; lupuline
Hopfen (Blütenzapfen), frisch oder getrocknet, auch gemahlen, sonst zerkleinert oder in Form von Pellets; Hopfenmehl (Lupulin)

1210 10 00 | HOPBELLEN, VERS OF GEDROOGD (M.U.V. FIJNGEMAAKTE EN GEMALEN HOPBELLEN; HOPBELLEN IN PELLETS) |
1210 10 00 | HOPFEN "BLÜTENZAPFEN", FRISCH ODER GETROCKNET (AUSG. GEMAHLEN, SONST ZERKLEINERT ODER IN FORM VON PELLETS) |

Hopbellen, vers of gedroogd, ook indien fijngemaakt, gemalen in pellets; lupuline 26
Hopfen (Blütenzapfen), frisch oder getrocknet, auch gemahlen, sonst zerkleinert oder in Form von Pellets; Lupulin

hop (hopbelblaadjes, hopbellen en lupuline),
Hopfen (Zapfenblätter, Zapfen und Lupulin),

voor in balen verpakte hopbellen:
in Ballen oder Ballotten verpackte Hopfenzapfen:

„hop”: de gedroogde katjes, ook hopbellen genaamd, van de (vrouwelijke) hopplant (humulus lupulus); deze katjes, groen-geel en eivormig, hebben een steel en worden over het algemeen ten hoogste 2 à 5 cm groot;
Hopfen: die getrockneten Blütenstände, auch Blütenzapfen genannt, der (weiblichen) Hopfenpflanze (humulus lupulus); diese grüngelben, eiförmigen Blütenstände haben einen Stiel; ihre größte Abmessung schwankt im Allgemeinen zwischen 2 und 5 cm;

De GMO voor hop heeft betrekking op hopbellen, vers of gedroogd, fijngemaakt, gemalen of in pellets en hopextracten.
Die gemeinsame Marktorganisation (GMO) für Hopfen betrifft frische oder getrocknete Blütenzapfen der Hopfenpflanze, Hopfenpulver und -pellets sowie Hopfenextrakt.

In de afgelopen jaren is de EU-productie van hopbellen slechts iets gedaald (-0,8% per jaar) tot ongeveer 38.000 ton in 2002.
Die Hopfenerzeugung der Gemeinschaft hat in den letzten Jahren mit 0,8% jährlich nur leicht abgenommen (Rückgang im Jahr 2002: 38 000 Tonnen).