Prange schrijft: “Alles wat wij Europa ooit tot stand hebben gebracht, hebben wij te danken aan onze innerlijke tegenstellingen, aan de eeuwige gespletenheid in onszelf, aan de voortdurende wedijver tussen de ene en de andere mening, tussen het ene idee en het andere idee, tussen thesen en antithesen”.
Er schreibt: „Alles, was wir Europäer je zustande gebracht haben, verdanken wir unserer inneren Widersprüchlichkeit, dem ewigen Zwiespalt in uns selbst, dem ständigen Hin und Her von Meinung und Gegenmeinung, von Idee und Gegenidee, von These und Antithese.“