Bij het aannemen van een Vlaams Natura 2000-programma, een programmatische aanpak inzake milieudrukken, een managementplan Natura 2000 of een managementplan voor gebieden buiten de speciale beschermingszones, moet bijgevolg geval per geval, met toepassing van artikel 4.2.3 van het voormelde decreet van 5 april 1995, worden beoordeeld of al dan niet een plan-MER moet worden opgesteld en in bevestigend geval heeft zulks tot gevolg dat de naleving van het in het middel vermelde artikel 6 van de richtlijn 2001/42/EG en artikel 7 van het Verdrag van Aarhus is gewaarborgd.
Bei der Annahme eines flämischen Natura-2000-Programms, einer programmatischen Vorgehensweise in Bezug auf Umweltdrucke, eines Managementplans Natura 2000 oder eines Managementplans für Gebiete außerhalb der besonderen Schutzzonen muss folglich von Fall zu Fall, in Anwendung von Artikel 4.2.3 des vorerwähnten Dekrets vom 5. April 1995, beurteilt werden, ob ein Umweltverträglichkeitsbericht erstellt werden muss oder nicht, und wenn ja, hat dies zur Folge, dass die Einhaltung des im Klagegrund angeführten Artikels 6 der Richtlinie 2001/42/EG und des Artikels 7 des Aarhus-Übereinkommens gewährleistet ist.