2. benadrukt dat met de EU-begroting, die bescheiden is en nog in omvang afneemt, een voorafgaande voorwaarde om 'door zijn optreden meer vertrouwen te wekken' en 'een doelmatige dialoog over Europese zaken' aan te gaan, versmalling van de kloof tussen mogelijkheden en verwachtingen is door eerst duidelijk te stellen wat de Europese Unie met zo beperkte middelen wel en niet kan doen, en ten tweede door de EU-begroting vooral op de beleidsonderdelen te richten waar de Gemeenschap vergelijkingswijze in het voordeel is;
2. unterstreicht, dass angesichts des geringen Volumens des EU-Haushalts und der ständigen Mittelkürzungen eine Vorbedingung für „Durch Handeln das Vertrauen stärken“ und für die Sicherstellung einer wirksamen Kommunikation über europäische Fragen darin besteht, dass die Kluft zwischen Möglichkeiten und Erwartungen verringert wird, indem zunächst geklärt wird, was die EU mit so begrenzten Ressourcen tun kann und was nicht, und indem dann als zweiter Schritt die Haushaltsmittel der EU auf die Politikbereiche konzentriert werden, in denen die Union einen Wettbewerbsvorteil hat;