In het kader van de relatieve stabiliteit van de visserijactiviteiten moet, gelet op de tijdelijke biologische situatie van de visbestanden, recht worden gedaan aan en ten volle rekening worden gehouden met de bijzondere behoeften van de regio's waar de plaatselijke bevolking zeer sterk is aangewezen op de visserij en aanverwante activiteiten zoals die door de Raad zijn aangegeven in zijn resolutie van 3 november 1976 , en meer in het bijzonder in bijlage VII daarbij.
Angesichts der wechselnden biologischen Lage der Bestände sollte diese relative Stabilität der Fangtätigkeiten Regionen schützen, in denen lokale Gemeinschaften besonders stark von der Fischerei und damit verbundenen Tätigkeiten abhängig sind, und dabei deren besondere Bedürfnisse in vollem Umfang berücksichtigen, wie der Rat in seiner Entschließung vom 3. November 1976 , insbesondere in Anhang VII, beschlossen hat.