2. Wanneer de lidstaten nagaan of een verzoeker overeenkomstig lid 1 zonder bezwaar naar een ander deel van het land van herkomst kan worden teruggezonden, houden zij rekening met de in dat deel van het land heersende veiligheids‑, politieke en sociale omstandigheden, met inbegrip van de situatie op het gebied van de mensenrechten, en met de persoonlijke omstandigheden van de verzoeker, zoals leeftijd, geslacht, gezondheidstoestand, gezinssituatie en etnische, culturele en sociale banden.
2. Wenn die Mitgliedstaaten prüfen, ob ein Antragsteller ohne Weiteres in einen anderen Teil des Landes gemäß Absatz 1 zurückgeführt werden kann, haben sie die Sicherheit, die politischen und sozialen Gegebenheiten in dem betreffenden Landesteil einschließlich der Achtung der Menschenrechte sowie die persönlichen Umstände des Antragstellers einschließlich Alter, Geschlecht, Gesundheit, Familienstand und ethnischer, kultureller und sozialer Bindungen zu berücksichtigen.