De monsters moeten door de drie partijen opgeslagen worden om de biolgische en genetische stabiliteit van het genomen biologische materiaal te waarborgen totdat personen bedoeld in artikel 61, eerste lid, van het decreet de controles hebben uitgevoerd. Ook de microbiologische en/of moleculaire methoden om de gebruikte genetisch gemodificeerde of pathogene organismen te kunnen traceren worden door de exploitant of, in voorkomend geval, de gebruiker ter beschikking gesteld van de personen bedoeld in artikel 61, eerste lid, van het decreet.
Die Proben müssen von den drei Parteien derart gelagert werden, dass die biologische und genetische Stabilität des entnommenen biologischen Materials bis zum Abschluss der von den in Artikel 61, Absatz 1 des Dekrets erwähnten Personen durchgeführten Kontrollen gewährleistet ist.