De vordering tot schorsing is ingesteld tegen de artikelen 4, 6°, a) en b), 33, § 1, eerste lid, 34 en 78 van de wet van 4 december 2007 « betreffende de sociale verkiezingen van het jaar 2008 », alsook tegen « alle andere artikelen [van die wet] waarvan de ongrondwettigheid zou voortvloeien uit de [.] aangevoerde middelen ».
Die Klage auf einstweilige Aufhebung richtet sich gegen die Artikel 4 Nr. 6 Buchstaben a) und b), 33 § 1 Absatz 1, 34 und 78 des Gesetzes vom 4. Dezember 2007 « über die Sozialwahlen des Jahres 2008 » sowie gegen « alle weiteren Artikel [dieses Gesetzes], deren Verfassungswidrigkeit sich aus den [.] vorgebrachten Klagegründen ergeben würde ».