14. wijst erop dat het Hof in zijn arrest in de gevoegde zaken Zweden en Turco/Raad de plicht tot openheid in het wetgevingsproces heeft bekrachtigd met het volgende argument: „Transparantie ter zake draagt bij tot de versterking van de democratie door de burgers in staat te stellen, alle informatie te controleren die aan een wetgevingshandeling ten grondslag heeft gelegen”. ; stelt derhalve dat alle uitzonderingsgronden die op het wetgevingsproces betrekking hebben, met inbegrip van juridische adviezen, nauwkeurig afgebakend moeten worden en dat de zogeheten „ruimte om na te denken” zorgvuldig gedefinieerd dient te worden ;
14. weist darauf hin, dass in dem Urteil des Gerichtshofs in den verbundenen Rechtssachen Schweden und Turco gegen Rat die Transparenzpflicht im Gesetzgebungsverfahren hervorgehoben wurde, da „Transparenz in dieser Hinsicht [.] zur Stärkung der Demokratie bei[trägt], indem sie den Bürgern ermöglicht, alle Informationen zu überprüfen, auf deren Grundlage ein Rechtsakt ergangen ist“ ; betont daher, dass Ausnahmen bezüglich des Rechtsetzungsverfahrens, einschließlich Rechtsberatung, genauestens begrenzt und, soweit es den so genannten „Schutz der Vertraulichkeit“ betrifft , eng definiert sein sollten ;