11. onderstreept dat preventie en een vroegtijdige diagnose van wezenlijk belang zijn voor doeltreffende maatregelen; onderstreept deze noodzaak en doet een beroep op de lidstaten om verbetering in de epidemiologische en klinische data te brengen om beter richting te geven aan onderzoek, rehabilitatie en actie, vooral in de symptoomloze eerste stadia voordat de dementie begint door te breken;
11. betont, dass Prävention grundsätzlich Vorrang hat und die frühzeitige Diagnose wesentlich für wirksame Maßnahmen ist; betont, dass im Hinblick auf die Unterstützung der Forschung, der Therapie und der entsprechenden Maßnahmen, insbesondere während der beschwerdefreien Phasen und vor dem Auftreten der Invalidität, die epidemiologischen und klinischen Daten verbessert werden müssen, und fordert die Mitgliedstaaten auf, dafür Sorge zu tragen;