9. benadrukt dat mediageletterdheid van fundamenteel belang is voor het beleid inzake consumentenvoorlichting, voor de bewustwording van en het vertrouwd raken met de vraagstukken inzake intellectuele eigendomsrechten, voor een actieve en democratische participatie van de burgers en voor de bevordering van de interculturele dialoog;
9. betont, dass Medienerziehung ein Schlüsselelement der Verbraucherinformationspolitik, des bewussten und vertrauten Umgangs mit Fragen der Rechte am geistigen Eigentum, der aktiven demokratischen Teilhabe der Bürger und der Förderung des interkulturellen Dialogs darstellt;