-
in overweging 4 worden de tweede, derde en vierde zin van de vierde overweging van Richtlijn 93/7/EEG. De betreffende zinnen luiden: "dat de toepassing van deze regeling zo eenvoudig en zo do
eltreffend mogelijk dient te zijn; dat het, om de samenwerking in verband met de teruggave te vergemakkelijken, nodig is de werkingssfeer van deze regeling te beperken tot voorwerpen die tot gemeenschappelijke categorieën van cultuurgoederen behoren; dat de bijlage bij deze
richtlijn bijgevolg geen omschrijv ...[+++]ing beoogt van de goederen die als «nationaal bezit» in de zin van artikel 36 dienen te worden beschouwd, maar er alleen toe strekt de categorieën goederen vast te stellen die in aanmerking komen om als zodanig te worden beschouwd en uit dien hoofde het voorwerp van een teruggaveprocedure in de zin van deze richtlijn kunnen vormen; "- in Erwägungsgrund 4 die Streichung des zweiten, dritten und vierten Satzes der dritten Erwägung der Richtlinie 93/7/EWG (mit dem Wortlau
t „Die Durchführung dieser Rückgaberegelung sollte so einfach und
wirksam wie möglich sein. Um die Zusammenarbeit bei der Rückgabe zu erleichtern, sollte der Anwendungsbereich
dieser Regelung auf Gegenstände beschränkt werden, die gemeinsamen Kategorien von Kulturgütern angehören. Der Anhang
dieser Richtlinie bezweckt dementsprechend nic
...[+++]ht, die Gegenstände zu definieren, die im Sinne von Artikel 36 des Vertrages als „nationales Kulturgut“ anzusehen sind, sondern lediglich Kategorien von Gegenständen zu bestimmen, die als Kulturgüter eingestuft zu werden geeignet sind und somit Gegenstand eines Rückgabeverfahrens im Sinne dieser Richtlinie sein können.