Vermits de verzoekende partijen enkel in het derde onderdeel van het tweede middel uiteenzetten in welke zin de bestreden bepalingen onbestaanbaar zouden zijn met de vrijheid van handel en nijverheid, zijn het vijfde, het zesde, het zevende en het achtste onderdeel van dat middel op dat vlak onontvankelijk, zodat uitsluitend de in die onderdelen aangevoerde schending van de artikelen 10 en 11 van de Grondwet dient te wordt onderzocht.
Da die klagenden Parteien nur im dritten Teil des zweiten Klagegrunds darlegen, in welcher Hinsicht die angefochtenen Bestimmungen mit der Handels- und Gewerbefreiheit unvereinbar seien, sind der fünfte, der sechste, der siebte und der achte Teil dieses Klagegrunds diesbezüglich unzulässig, so dass ausschließlich der in diesen Teilen angeführte Verstoß gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung zu prüfen ist.