Uit de parlementaire voorbereiding van de aangevochten wet blijkt dat de wetgever rekening heeft gehouden met een advies dat op 28 juni 2000 werd verleend door de Hoge Raad voor de Justitie, die onder meer van mening was dat een dergelijke maatregel verantwoord was omdat die de rekrutering naar gelang van leeftijden en professionele ervaring zou moduleren en een grotere mobiliteit zou bevorderen (Parl. St., Kamer, 2004-2005, DOC 51-1247/007, p. 5).
Aus den Vorarbeiten zu dem angefochtenen Gesetz geht hervor, dass der Gesetzgeber eine Stellungnahme des Hohen Justizrates vom 28. Juni 2000 berücksichtigen wollte, der unter anderem den Standpunkt vertreten hatte, dass eine solche Massnahme gerechtfertigt sei, da sie die Anwerbung entsprechend dem Alter und der Berufserfahrung modulieren und eine grössere Mobilität fördern sollte (Parl. Dok., Kammer, 2004-2005, DOC 51-1247/007, S. 5).