3. Bij de in lid 1, onder c), bedoelde officiële controles en onderzoeken die worden verricht door de bevoegde autoriteiten waaraan het verzoek is gericht, mogen in onderlinge overeenstemming tussen beide bevoegde autoriteiten personeelsleden aanwezig zijn die zijn aangewezen door de bevoegde autoriteiten die het verzoek hebben gedaan.
(3) Nach Absprache zwischen der ersuchenden zuständigen Behörde und der ersuchten zuständigen Behörde kann Personal, das von der ersuchenden Behörde benannt wird, bei den amtlichen Kontrollen und Untersuchungen gemäß Absatz 1 Buchstabe c, die die ersuchte Behörde durchführt, zugegen sein.