4. Na elke reis en binnen 48 uur na de aanlanding dient de kapitein van een communautair visserijvaartuig een aanlandingsaangifte in bij de bevoegde autoriteiten van de lidstaat of de CPC waar de aanlanding plaatsvindt en aan zijn vlaggenlidstaat.
(4) Die Kapitäne von Fangschiffen der Gemeinschaft übermitteln den zuständigen Behörden des Mitgliedstaats oder der Partei, in dem oder der die Anlandung erfolgt, sowie ihrem Flaggenmitgliedstaat nach jeder Fangreise und binnen 48 Stunden nach der Anlandung eine Anlandeerklärung.