6. Indien een vissersvaartuig zich in de haven bevindt, geen vis aan boord heeft en de kapitein de aangifte van aanlanding heeft ingediend, kan de doorgifte overeenkomstig lid 1 van dit artikel worden opgeschort, mits hiervan op voorhand kennis wordt gegeven aan het visserijcontrolecentrum van de vlaggenlidstaat.
(6) Wenn ein Fischereifahrzeug im Hafen liegt, keine Fische an Bord führt und der Kapitän die Anlandeerklärung vorgelegt hat, kann die Übermittlung nach Absatz 1 vorbehaltlich einer vorherigen Unterrichtung des Fischereiüberwachungszentrums des Flaggenmitgliedstaats ausgesetzt werden.
