2. In afwijking van lid 1 kunnen de lidstaten toestaan dat de weging van de kabeljauw plaatsvindt in een visafslag op het grondgebied van de lidstaat, mits de aanlanding het voorwerp heeft uitgemaakt van een fysieke inspectie, de vis verzegeld is alvorens rechtstreeks naar de plaats van de visafslag te zijn overgebracht en verzegeld blijft tot de weging plaatsvindt.
(2) Abweichend von Absatz 1 können die Mitgliedstaaten zulassen, dass der Kabeljau bei einer Fischauktion in dem Hoheitsgebiet des Mitgliedstaats gewogen wird, sofern bei der Anlandung eine physische Kontrolle durchgeführt wurde und der Fisch vor der direkten Beförderung zu der Fischauktion versiegelt wurde und bis zum Wiegen versiegelt bleibt.