De rapporteur zou willen dat het nieuwe voorstel voor een richtlijn in de richting gaat van het voorstel van 1984, en dat het de verplichte registratie inhoudt van de medewerkende echtgenoten, de instelling van een wettelijk statuut dat een aantal minimumrechten op het gebied van de sociale zekerheid inhoudt, waaronder moederschapsuitkeringen, ziekte- en ouderdomspensioen (dat laatste verplicht waar het dat is voor de zelfstandige werknemers), beroepsopleiding en het recht op vertegenwoordiging in de beroepsorganisaties van de betrokken sector.
Die Berichterstatterin hofft, daß der neue Richtlinienvorschlag sich auf den Vorschlag von 1984 zubewegt und folgende Punkte einschließt: Obligatorische Registrierung mitarbeitender Ehepartner, die Einrichtung eines rechtlichen Status, der ein Mindestmaß an sozialer Sicherheit gewährleistet, einschließlich Leistungen bei Mutterschaft, Krankheits- und Altersruhegelder (dies muß in allen Fällen obligatorisch sein, in denen es dies für selbständige Erwerbstätige ist), berufliche Aus- und Fortbildung und das Recht auf Vertretung in Berufsverbänden im einschlägigen Sektor.
