5. Het bevoegde orgaan houdt voor de berekening van het theoretische bedrag, bedoeld in artikel 46, lid 2, sub a), van de verordening, volgens de stelsels waarin de ouderdomspensioenen berekend worden op basis van pensioenpunten, voor ieder verzekeringsjaar dat vervuld werd volgens de wettelijke regeling van een andere Lid-Staat, rekening met een aantal pensioenpunten dat gelijk is aan het quotiënt van het aantal pensioenpunten verkregen krachtens de wettelijke regeling die het bevoegde orgaan toepast, en het aantal jaren dat overeenkomt met deze punten.
5. Zur Berechnung des theoretischen Betrages gemäß Artikel 46 Absatz 2 Buchstabe a) der Verordnung in den Systemen, in denen die Altersrenten nach Punkten berechnet werden, berücksichtigt der zuständige Träger für jedes Versicherungsjahr, das nach den Rechtsvorschriften anderer Mitgliedstaaten zurückgelegt wurde, eine Anzahl von Punkten, die dem Quotienten aus der Anzahl von Punkten, die nach den angewendeten Rechtsvorschriften erworben wurden, und der diesen Punkten entsprechenden Anzahl an Jahren entspricht.