Hoewel de verwijzing naar het onderzoek van de bestaansmiddelen is opgenomen in paragraaf 2 van artikel 12bis, die de omstandigheden regelt waarin een aanvraag tot gezinshereniging moet worden ingediend bij een bevoegde Belgische diplomatieke of consulaire post, dient ervan te worden uitgegaan, zoals de Ministerraad dat doet, dat wanneer een aanvraag tot gezinshereniging bij het Belgische gemeentebestuur wordt ingediend, dezelfde vereiste van individuele inaanmerkingneming van de voorwaarde met betrekking tot de bestaansmiddelen moet worden toegepast en zulks overeenkomstig artikel 10ter, § 2, tweede lid, van de wet van 15 december 1980.
Auch wenn der Verweis auf die Prüfung der Existenzmittel in Paragraph 2 von Artikel 12bis enthalten ist, der die Umstände der Einreichung eines Antrags auf Familienzusammenführung bei einer zuständigen belgischen diplomatischen oder konsularischen Vertretung regelt, ist davon auszugehen, wie der Ministerrat es tut, dass dann, wenn ein Antrag auf Familienzusammenführung bei der belgischen Gemeindeverwaltung eingereicht wird, das gleiche Erfordernis der individuellen Berücksichtigung der Bedingung in Bezug auf die Existenzmittel gilt, und zwar gemäß Artikel 10ter § 2 Absatz 2 des Gesetzes vom 15. Dezember 1980.