18. is verheugd over de ontwikkeling van een
interne markt voor aanvullende particuliere gezondheidszorg, maar is van mening dat alle andere aspecten van de gezondheidsbescherming eerder een aangelegenheid van de lidstaten dan van de Europese Unie zijn; benadrukt met name dat met openbare middelen gefinancierde gezondheidszorgstelsels de uitsluitende bevoegdheid van de lidstaten dienen te blijven, en is van oor
deel dat een royale financiering van dergelijke gezondheidszorgstelsels uit openbare middelen essentieel is voor de gezondhei
...[+++]d van de mensen in Europa;
18. begrüßt zwar die Entwicklung eines Binnenmarkts für Krankenzusatzversicherungen, ist jedoch der Ansicht, dass alle sonstigen Gesundheitsschutzmaßnahmen nicht Sache der Europäischen Union, sondern der Mitgliedstaaten sein sollten; weist insbesondere nachdrücklich darauf hin, dass staatliche Gesundheitsfürsorgesysteme nach wie vor ausschließlich in die Kompetenz der Mitgliedstaaten fallen sollen, und ist der Auffassung, dass die großzügige Finanzierung solcher Gesundheitsfürsorgesysteme für die Gesundheit der europäischen Bürger eine wesentliche Rolle spielt;