Indien uit de bestaande audit- en controleresultaten blijkt dat de aangewezen organen niet langer voldoen aan de aanwijzingscriteria, nemen de lidstaten de nodige maatregelen om ervoor te zorgen dat de tekortkomingen bij de uitvoering van de taken van deze organen worden verholpen, welke maatregelen onder meer beëindiging van de aanwijzing kunnen inhouden.
Zeigt sich anhand der vorliegenden Prüfungs- und Kontrollergebnisse, dass die benannten Einrichtungen die Benennungskriterien nicht mehr erfüllen, ergreifen die Mitgliedstaaten die Maßnahmen, die notwendig sind, um sicherzustellen, dass die Mängel bei der Wahrnehmung der Aufgaben dieser Einrichtungen behoben werden, einschließlich der Aufhebung der Benennung.