Indien echter de relatieve posities van de krommen van de benodigde wrijvingscoëfficiënt niet voldoen aan de eisen van punt 3.1.1 van het aanhangsel bij punt 1.1.4.2 van bijlage II, moet door middel van een controle worden vastgesteld dat de wielen op ten minste één van de achterassen niet eerder blokkeren dan de wielen op de vooras(sen), onder de voorwaarden gesteld in de punten 3.1.1 en 3.1.4 van het aanhangsel van punt 1.1.4.2 van bijlage II voor wat respectievelijk betreft de vertragingsfactor en de belasting.
Entspricht jedoch die jeweilige Lage der Kraftschlußausnutzungskurven nicht den Vorschriften von Punkt 3.1.1 der Anlage zu Punkt 1.1.4.2 des Anhangs II, so muß überprüft werden, daß die Räder wenigstens einer der Hinterachsen unter den in den Punkten 3.1.1 und 3.1.4 der Anlage zu Punkt 1.1.4.2 des Anhangs II vorgeschriebenen Bedingungen in bezug auf die Abbremsung bzw. die Beladung nicht vor denen der Vorderachse oder den Vorderachsen blockieren.