C. overwegende dat een adequate taakverdeling moet worden gevonden tussen de EU en steden en gemeenten, waarbij de EU een duidelijke afgebakende rol moet toekomen; dat overeenkomstig het beginsel van betere regelgeving en de beginselen van subsidiariteit en proportionaliteit de Gemeenschap op het vlak van stedelijke mobiliteit alleen moet optreden wanneer er sprake is van een duidelijke toegevoegde waarde van de EU;
C. in der Erwägung, dass eine angemessene Aufgabenteilung zwischen der Europäischen Union sowie Städten und Gemeinden festgelegt werden muss, wobei der Europäischen Union eine klar definierte Rolle zuteil werden sollte; in der Erwägung, dass gemäß dem Grundsatz der besseren Rechtsetzung sowie gemäß den Grundsätzen der Subsidiarität und der Verhältnismäßigkeit die Gemeinschaft im Bereich der Mobilität in der Stadt nur dann tätig werden sollte, wenn dies einen klaren europäischen Mehrwert bringt,