4. is het ermee eens dat het Europees Parlement en de Raad in het verleden elkaars afdelingen van de begroting niet hebben onderzocht, maar verwerpt de suggestie van de Raad dat dit het gevolg was van een "gentleman's agreement"; is van oordeel dat, gezien
de stijging van de administratieve uitgaven en de toenemende operationele aard van de
uitgaven op het gebied van buitenlandse zaken, veiligheids- en defensiebeleid en justitie en binnenlandse zaken, de huishoudelijke
uitgaven van beide instellingen op dezelfde wijze moeten worden onderzocht als deze van de andere Europese
...[+++]instellingen, en dit als een onderdeel van de kwijtingsprocedure waarin artikel 276 van het Verdrag voorziet; 4. räumt ein, dass das Europäische Parlament und der Rat in der Vergangenheit ihre jeweiligen Einzelpläne des Haushaltsplans nicht überprüft haben, weist jedoch die Behauptung des Rates zurück, dies sei das Ergebnis eines „Gentlemen’s Agreement“ gewesen; vertritt die Ansicht, dass angesichts der st
eigenden Verwaltungsausgaben und der zunehmend operativen Natur der Ausgaben in den Bereichen auswärtige Angelegenheiten, Sicherheits- und Verteidigungspolitik sowie im Bereich Justiz und Inneres die Verwaltungsausgaben beider Organe als Teil des in Artikel 276 des Vertrages vorgesehenen Entlastungsverfahrens genauso überprüft werden sollten w
...[+++]ie die der anderen europäischen Institutionen;