22. In het geval van administratieve brieven waar
in de Commissie het standpunt inneemt dat er voor haar op grond van de gegevens waarv
an zij kennis heeft geen aanleiding is om op te treden uit hoofde van artikel 85, lid 1, of artikel 86 van het Verdrag, "(kan) deze omstandigheid (. . .) op zichzelf niet beletten dat de nationale autoriteiten op deze overeenkomsten of gedragingen de bepalingen van intern mededingingsrecht toepassen die eventueel strenger zijn dan het Gemeenschapsrecht op dit ge
...[+++]bied.
22. Bei Verwaltungsschreiben, in denen die Kommission mitteilt, daß nach dem ihr bekannten Sachverhalt kein Anlaß besteht, aufgrund von Artikel 85 Absatz 1 einzuschreiten, kann "dieser Umstand nicht für sich allein bewirken, daß die nationalen Stellen daran gehindert sind, auf diese Vereinbarungen oder Praktiken Bestimmungen des innerstaatlichen Wettbewerbsrechts anzuwenden, die gegebenenfalls strenger sind als das einschlägige Gemeinschaftsrecht.