Voor de periode 2000-2001 hebben slechts drie lidstaten op tijd een afdoend verslag ingediend (d.w.z. vóór 30 april 2002) en slechts één voor de periode 2002-2003.
Im Zeitraum 2000-2001 schickten nur drei Mitgliedstaaten rechtzeitig (d. h. vor dem 30. April 2002) zufriedenstellende Berichte; im Zeitraum 2002-2003 war es gar nur einer.