7. De autoriteiten, organen en rechterlijke instanties van een lidstaat mogen verzoekschriften of andere documenten die hun toegezonden worden, niet afwijzen op grond van het feit dat zij zijn opgesteld in een officiële taal van een andere lidstaat, die als een officiële taal van de instellingen van de Gemeenschap is erkend overeenkomstig artikel 290 van het Verdrag.
(7) Die Behörden, Träger und Gerichte eines Mitgliedstaats dürfen die bei ihnen eingereichten Anträge oder sonstigen Schriftstücke nicht deshalb zurückweisen, weil sie in einer Amtssprache eines anderen Mitgliedstaats abgefasst sind, die gemäß Artikel 290 des Vertrags als Amtssprache der Organe der Gemeinschaft anerkannt ist.