9. wijst erop dat plattelands- en agrotoerisme belangrijk zijn als methode om, met name in de meest afgelegen gebieden, de seizoensgebonden aard van het toerisme te neutraliseren; acht het dan ook van wezenlijke betekenis dat er rekening wordt gehouden met de toegankelijkheid van deze regio's door mogelijkheden te overwegen de Europese vervoersnetwerken uit te breiden;
9. betont, dass der Tourismus im ländlichen Raum und der Agrotourismus wichtig sind, um der Saisonabhängigkeit des Tourismus, insbesondere in den entlegensten Regionen, entgegenzuwirken; hält es deshalb für notwendig, der Zugänglichkeit dieser Regionen Rechnung zu tragen, indem die Möglichkeiten zur Ausdehnung der europäischen Verkehrsnetze erkundet werden;