Aldus bevatten noch de gecoördineerde wetten op de Raad van State zelf, noch het koninklijk besluit van 2 april 1991 een bepaling betreffende de termijn waarbinnen het verzoekschrift tot het opleggen van een dwangsom na aanmaning van de overheid moet worden ingediend.
So enthalten weder die koordinierten Gesetze über den Staatsrat selbst noch der königliche Erlass vom 2. April 1991 eine Bestimmung über die Frist, innerhalb deren der Antrag auf Auferlegung eines Zwangsgeldes nach einer Mahnung der Behörde eingereicht werden muss.