B. overwegende dat het vandalisme niets te maken had met de algemeen aanvaarde noodzaak om de nagedachtenis van de slachtoffers van de Tweede Wereldoorlog te eren en overwegende dat de plunderaars niet verenigd waren door nationaliteit maar door de wil om zich gewelddadig te gedragen en te plunderen,
B. in der Erwägung, dass der Vandalismus nichts zu tun hatte mit der allseits akzeptierten Notwendigkeit, der Opfer des Zweiten Weltkriegs stets ehrwürdig zu gedenken und in der Erwägung, dass die Randalierer nicht durch Nationalgefühl verbunden waren sondern durch ihre Bereitschaft zu Gewalt und Plünderungen,