1. Een lidstaat kan het secretariaat-generaal van de Raad alsmede de Commissie door middel van een verklaring meedelen dat hij niet gebonden is door artikel 2, leden 1 en 2, ingeval de feiten op grond waarvan in het buitenland vonnis werd gewezen een inbreuk vormen op de veiligheid of op andere even wezenlijke belangen van de lidstaat, of door een overheidsambtenaar van die lidstaat in strijd met zijn ambtsplichten werden gepleegd.
(1) Ein Mitgliedstaat kann gegenüber dem Generalsekretariat des Rates und der Kommission erklären, dass er durch Artikel 2 Absätze 1 und 2 nicht gebunden ist, wenn die Tat, die der ausländischen Entscheidung zugrunde lag, eine gegen die Sicherheit oder andere gleichermaßen wesentliche Interessen dieses Mitgliedstaates gerichtete strafbare Handlung darstellt oder von einem Bediensteten dieses Mitgliedstaats unter Verletzung seiner Amtspflichten begangen wurde.