« Als een vastbenoemd personeelslid dienstdagen in een ander ambt van de betrokken categorie heeft gepresteerd waarvoor hij houder is van het vereiste bekwaamheidsbewijs of van een voldoend geacht bekwaamheidsbewijs, dan worden deze dienstdagen bij de in lid 1, 8°, vermelde dagen gevoegd die in aanmerking komen om de voorrang te verlenen, voor zover de kandidaat ten minste 360 dienstdagen telt in het ambt waarvoor hij zich kandidaat stelt».
« Einem definitiv ernannten Personalmitglied, das Diensttage in einem anderen Amt der betreffenden Kategorie geleistet hat, für das es den erforderlichen Befähigungsnachweis oder einen für ausreichend erachteten Befähigungsnachweis der Gruppe A besitzt, werden diese Diensttage den in Absatz 1 Nummer 8 erwähnten Tagen hinzugerechnet, vorausgesetzt, es weist mindestens 360 Diensttage in dem Amt auf, in dem es sich ernennen lassen möchte».