Wanneer een lidstaat een voor een andere lidstaat inheemse of niet-invasieve soort als voor zijn grondgebied invasieve soort aanmerkt, moet de lidstaat waar die soort inheems of niet-invasief is een gedifferentieerde aanpak kunnen volgen ten aanzien van de beheersing van die soort, op voorwaarde dat hij aan bepaalde verplichtingen voldoet.
In Fällen, in denen ein Mitgliedstaat in seinem Hoheitsgebiet eine Art als invasive Art identifiziert hat, die in einem anderen Mitgliedstaat jedoch heimisch oder nicht invasiv ist, sollte letzterer bei der Eindämmung dieser Art differenziert vorgehen können, sofern er sich an bestimmte Verpflichtungen hält.