19. merkt op dat de feminisering van de armoede kan leiden tot een toename van vrouwenhandel, seksuele uitbuiting en gedwongen prostitutie, en daarmee tot een grotere financiële afhankelijkheid van vrouwen; verzoekt de Commissie en de lidstaten een analyse te maken van de redenen van vrouwen om de prostitutie in te gaan en van manieren om de vraag te ontmoedigen; benadrukt het belang van programma's voor de uittreding uit de prostitutie;
19. weist darauf hin, dass die Feminisierung der Armut eine Zunahme des Frauenhandels, der sexuellen Ausbeutung und der Zwangsprostitution und dadurch eine verstärkte finanzielle Abhängigkeit von Frauen zur Folge haben könnte; fordert die Kommission und die Mitgliedstaaten auf, die Gründe zu erforschen, die Frauen in die Prostitution treiben, und Methoden zu erarbeiten, um die Nachfrage zu senken; betont die Bedeutung von Programmen, die Frauen den Ausstieg aus der Prostitution ermöglichen;