1. Wanneer wordt vermoed dat ten aanzien van zendingen van de in artikel 44, lid 1, en artikel 47, lid 1, bedoelde categorieën dieren en goederen de in artikel 1, lid 2, bedoelde regels niet zijn of worden nageleefd, verrichten de bevoegde autoriteiten officiële controles om dat vermoeden te bevestigen of weg te nemen.
(1) Besteht der Verdacht, dass eine Sendung von Tieren und Waren der in Artikel 44 Absatz 1 und Artikel 47 Absatz 1 genannten Kategorien gegen die Vorschriften gemäß Artikel 1 Absatz 2 verstößt, so führen die zuständigen Behörden amtliche Kontrollen durch, um diesen Verdacht zu erhärten oder auszuräumen.