« Schendt artikel 37, § 3, van de wet van 8 april 1965, gewijzigd bij de wet van 13 juni 2006, in zoverre het de jongere die op het ogenblik van fei
ten ouder is dan 16 jaar maar jonger dan 17 jaar en ten aanzien van wie in de drie maanden voorafgaand aan zi
jn meerderjarigheid geen enkel vonnis werd uitgesproken, het voordeel ontzegt van alle besch
ermende maatregelen bedoeld in artike ...[+++]l 37, § 2, de artikelen 10, 11 en/of 22bis van de Grondwet ?
« Verstösst Artikel 37 § 3 des Gesetzes vom 8hhhhqApril 1965 (abgeändert durch das Gesetz vom 13hhhhqJuni 2006) dadurch, dass er einem Jugendlichen, der zum Tatzeitpunkt über 16 aber unter 17 Jahre alt war und über den in den drei Monaten vor Erreichen der Volljährigkeit kein Urteil ausgesprochen worden ist, den Vorteil der Gesamtheit der in Artikel 37 § 2 erwähnten Schutzmassnahmen versagt, gegen die Artikel 10, 11 und/oder 22bis der Verfassung?