De lidstaten moeten de bedoelde maatregelen ook kunnen vaststellen voor genetisch gemodificeerde rassen van zaad en teeltmateriaal dat in de handel wordt gebracht overeenkomstig de desbetreffende wetgeving inzake het in de handel brengen van zaad en teeltmateriaal en met name overeenkomstig de Richtlijnen 2002/53/EG en 2002/55/EG.
Die Möglichkeit der Mitgliedstaaten, solche Maßnahmen zu erlassen, sollte für genetisch veränderte Saatgutsorten und Arten von Pflanzenvermehrungsmaterial gelten, die gemäß den einschlägigen Rechtsvorschriften über das Inverkehrbringen von Saatgut und Pflanzenvermehrungsmaterial, insbesondere den Richtlinien 2002/53/EG und 2002/55/EG, in Verkehr gebracht werden.