6. is van mening dat de Europese Raad de nadruk moet leggen op werkgelegenheid én wereldwijd concurrentievermogen en onderstreept dat concurrentievermogen niet alleen een kwestie is van kostenbesparing door bedrijven, maar ook tot stand komt door ervoor te zorgen dat het Europese bedrijfsleven kan opereren binnen randvoorwaarden, inclusief beter vennootschapsrecht en corporate governance, die ondernemerschap en aanpassingsvermogen bevorderen;
6. ist der Auffassung, dass der Europäische Rat sowohl auf die Beschäftigung als auch auf die globale Wettbewerbsfähigkeit abstellen muss, und betont, dass Wettbewerbsfähigkeit nicht nur eine Frage der Kostenreduzierung durch die Unternehmen ist, sondern auch der Gewährleistung, dass die europäische Industrie unter Rahmenbedingungen – einschließlich einer Verbesserung von Unternehmensrecht und Unternehmensführung – tätig ist, die den Unternehmergeist und die Anpassungsfähigkeit fördern;