Voorts kunnen ondernemingen die steun genieten, gelet op het dwingend karakter van het door de Autoriteit krachtens Protocol 3 bij het Toezichtovereenkomst uitgeoefende toezicht op de steunmaatregelen van de staten, in beginsel slechts een gewettigd vertrouwen in de rechtmatigheid van de steun hebben wanneer de steun met inachtneming van de procedure van dat protocol is toegekend (70).
Zudem können Unternehmen, denen staatliche Beihilfen gewährt wurden, angesichts der Tatsache, dass nach Protokoll 3 des Überwachungs- und Gerichtshofabkommens die Überwachung staatlicher Beihilfen durch die Überwachungsbehörde verbindlich vorgesehen ist, grundsätzlich nicht berechtigterweise davon ausgehen, dass die Beihilfe rechtmäßig wäre, wenn eine Beihilfe nicht im Einklang mit dem in diesem Protokoll beschriebenen Verfahren gewährt wurde (70).