(11) Wanneer een ander dan de verdachte of beklaagde, bijvoorbeeld een getuige, zelf wordt verdacht of aangeklaagd, moeten diens rechten uit hoofde van het onschuldvermoeden en het beginsel van niet-medewerking aan eigen veroordeling worden beschermd, evenals diens zwijgrecht, zoals het Europees Hof voor de Rechten van de Mens in zijn rechtspraak heeft bevestigd.
(11) Wird eine Person – beispielsweise ein Zeuge –, die zuvor nicht verdächtigt oder beschuldigt wurde, selbst zu einem Verdächtigen oder Beschuldigten, sollten das Recht dieser Person auf die Unschuldsvermutung und ihr Recht, sich nicht selbst belasten zu müssen, geschützt werden.