B. overwegende dat het VOB 2001 voorziet in een stijging met 3,9% van de vastleggingskredieten in vergelijking met de begroting 2000; overwegende dat de stijging van de vastleggingskredieten van rubriek 1 (landbouw) 7,6% bedraagt, terwijl de stijging van de andere onderdelen van het VOB minder dan 1% bedraagt,
B. in der Erwägung, daß der HVE 2001 bei den Verpflichtungsermächtigungen eine Erhöhrung um 3,9% gegenüber dem Haushaltsplan 2000 vorsieht und die Steigerung bei den Mittelbindungen in Rubrik 1 (Landwirtschaft) 7,6% beträgt, während sie bei den anderen Teilen des HVE unter 1% liegt,