13. onderstreept dat de mobiliteit aantrekkelijker moet worden gemaakt en dat de financiële steun ruim en voldoende moet zijn, met bijzondere nadruk op de meest benadeelden; herhaalt dat dit standpunt in de volgende financiële vooruitzichten moet doorklinken; dringt er met het oog op de verbetering van de opleidingsmobiliteit op aan dat het deel van de begroting dat bestemd is voor het Leonardo-programma wordt uitgebreid;
13. betont, dass die Anreize für Mobilität verbessert werden sollten und es eine erhebliche und ausreichende finanzielle Unterstützung geben sollte, die insbesondere auf die am stärksten benachteiligten Gruppen ausgerichtet ist; bekräftigt, dass dieses Ziel im nächsten MFR berücksichtigt werden sollte; fordert eine Aufstockung des Anteils der Haushaltsmittel, die für das Programm Leonardo da Vinci bereitgestellt werden, um die Mobilität im Bereich der berufliche Bildung zu fördern;