tweede middel: daaruit voortvloeiende onjuiste rechtsopvatting wat betreft de besluitvorming en de institutionele prerogatieven van het Europees Parlement op het gebied van deelneming aan de gewone wetgevingsprocedure en de institutionele prerogatieven van het Economisch en Sociaal Comit
é op het gebied van behoorlijke raadpleging (schending van de artikelen 294 VWEU en 43, lid 2, VWEU), aangezien de Raad het betrokken deel van
het voorstel alleen heeft vastgesteld, zonder dat het Europees Parlement, zoals bij de gewone wetgevingsproce
...[+++]dure wel het geval is, aan de vaststelling van dat deel heeft deelgenomen en het Economisch en Sociaal Comité naar behoren is geraadpleegd.
Zweiter Klagegrund: Nachfolgender Rechtsfehler in Bezug auf das Gesetzgebungsverfahren und die institutionellen Befugnisse des Europäischen Parlaments, am ordentlichen Gesetzgebungsverfahren teilzunehmen, und des Europäischen Wirtschafts- und Sozialausschusses, ordnungsgemäß angehört zu werden (Verstoß gegen die Art. 294 AEUV und 43 Abs. 2 AEUV), da ein Teil des betroffenen Vorschlags alleine vom Rat erlassen worden sei, während das Europäische Parlament nicht, wie beim ordentlichen Gesetzgebungsverfahren vorgesehen, am Erlass beteiligt gewesen und der Europäische Wirtschafts- und Sozialausschuss nicht angemessen angehört worden sei.